Ik zal het nooit begrijpen

Ik zal het nooit begrijpen

Reeds twee jaar lang vonden we het geen pretje om naar het Journaal te kijken. Het tot in maart 2020 (voor de meeste mensen) onbekende woord ‘corona’ deed op de duur onze oren tuiten. Lockdown, tweede golf, derde en volgende golf, cijfers van besmettingen en van het aantal coronadoden, daartussen nog natuurrampen her en der, vluchtelingenproblematiek…

Gis Haspelslagh

Nu de lente in aantocht is, (dat vertellen de crocusjes ons,) en wij bijna euforisch worden na de laatste versoepelingen van de maatregelen, beginnen we alweer te piekeren wanneer we de nieuwsberichten horen, en piekeren is dan nog zacht uitgedrukt. Het woord ‘oorlog’, dat momenteel al te vaak in nieuwsberichten te horen is, klinkt angstaanjagend. En plots komt een lied van Sting uit 1985 weer in mijn gedachten: Russians. In de tijd van Reagan en Chroesjtsjev zong Sting: “I hope the Russians love their children too”, ik hoop dat de Russen ook van hun kinderen houden. Het was een lied met een krachtige tekst.

Een fragment:
Hoe kan ik mijn kleine jongen beschermen tegen het dodelijke speelgoed van Oppenheimer ?
Er is geen monopolie op gezond verstand,
aan elke kant van het politieke hek.
We delen dezelfde biologie,
los van ideologie.
Geloof me wanneer ik je zeg:
Ik hoop dat de Russen ook van hun kinderen houden.

Als moeder van drie zonen stel ik mij in de plaats van die miljoenen moeders ginds in het oosten van ons ‘beschaafde’ Europa.

IK ZAL HET NOOIT BEGRIJPEN

Ik kan mijn land niet liefhebben,
mijn zoon,
als jij moet gaan,
verkleed, vermomd als moordenaar,
gegooid in ’t gekkenspel,
met lege leuzen opgepept,
recht naar de oorlogshel.

Ik wil niet aan een massagraf
met duizend moeders wenen,
ik wil geen naam gebeiteld zien
in harde huldestenen.

Ik huiver bij een kruisentuin,
mijn zoon.
Het heeft geen zin,
zovelen vochten om de eer,
gekraakt door pijn en spijt,
zijn zij op ’t veld tot niets vergaan,
veld van absurditeit.

Ik wil niet dat mijn eigen bloed
vermengd wordt met het kruit
wanneer jij in een moddersloot
verkrampt je ogen sluit.

Ik zal het nooit begrijpen,
mijn zoon,
wat oorlog is.
De mens, nog steeds een beetje beest,
bezeten en behept,
verschroeit zijn eigen lente
tot alles is verlept.

Ik kan mijn land niet liefhebben
dat levens laat vernielen
en zal voor goden van geweld
nooit buigen en nooit knielen.

Mies Vergaelen



Reacties zijn gesloten.